Eigenlijk weet ik niet of je het een verliefdheid kunt noemen. Ik ben onder de indruk van dit deel van Indonesië. Het raakt me. De Spice eilanden, die zo belangrijk waren in de geschiedenis. Niet alleen de Nederlandse geschiedenis, maar ook in de wereldgeschiedenis. De strijdt om het alleenrecht van de handel in nootmuskaat, foelie en kruidnagel. De vele boten en bemanningsleden die uitgezonden werden om dé route naar deze eilanden te vinden. En die vaak met man en muis zijn vergaan.
Hoe belangrijk de Spice eilanden waren voor de Nederlanders blijkt wel uit de Manhattan transfer. De Engelsen verkrijgen in 1667 het eiland Manhattan van de Nederlanders in ruil voor het piep kleine eilandje Run in de Molukken.
En natuurlijk weet ik het. Al wordt daar iets minder aandacht aan besteed in onze geschiedenis boeken. Maar nu we hier zijn zie je ook het leed van de lokale bevolking tijdens de Europese – en ik denk specifiek de Nederlandse kolonisatie. De onderdrukking en de macht die de Europeanen uitoefenden voor rijkdom. Over de rug van anderen. Die geschiedenis die zo twee kanten heeft. Op het eiland Banda Besar bezoeken we niet alleen het fort waar Jan Pieterzoon Coen verbleef. Maar bekijken we ook oude plantages en bezoeken we de bloedsteen. In de Molukken is veel bloed vergoten. Heeft Pieterzoon Coen heel wat mensen de nek laten omdraaien en was het stelen van nootmuskaat letterlijk een doodzonde.


De KNIL militairen
Veel later in de geschiedenis en na het faillissement van de VOC kwam Indonesië onder het bewind van het Koninkrijk der Nederlanden. De Knil militairen vochten voor de Nederlanders en na de tweede wereldoorlog vertrokken ze naar Nederland. Voor een paar maanden dachten ze. Dan konden ze terugkeren naar hun geliefde Ambon. Terwijl we in Banda zijn kijken we de documentaire “De Molukken, 70 jaar op weg naar huis.” Een indrukwekkende serie gezien vanuit de Molukse gemeenschap in Nederland. Het maakt me opnieuw duidelijk hoe verschillend culturen zijn. Hoe lastig het is om elkaar echt te begrijpen. En hoe verschillend iedereen hier naar kijkt.



Ankeren in Banda Neira
De ankerplek voor het hotel in Banda Neira is in dit seizoen niet de beste plek. Lagerwal. Toch liggen we er met vier boten, zij aan zij. Aan de voorkant het anker uit en aan de achterkant twee lange lijnen naar de kant. Te lange lijnen in onze beleving. Maar we zijn de laatste boot die aankomen en kunnen niet verder onder de kust kruipen, zonder verstrikt te raken in de lijnen van de buurboten.
Na een super gezellig oud & nieuw, krijgen we een dikke storm over op nieuwjaarsdag. Een beetje katterig zitten we in de kuip en houden onze buurboten in de gaten. De golven komen recht naar binnen en klotsen achter ons met grote kracht op de kade. Elke windvlaag dringt zich in de zijkant van onze Eastern Stream. Laat haar overhellen en slingert haar een stuk richting onze buurboot Ti Mare. Waarna de stuurboord achterlijn op spanning komt en we net niet te dicht in de buurt komen. Gelukkig houden alle ankers. Dit was het ultieme recept voor een immense ravage.
Prettig is het niet. De volgende ochtend gaan we anker op en op zoek naar een betere plek. Wat nog niet heel gemakkelijk is, want de baai van Banda Neira is diep. Is het niet diep, dan is het meestal gelijk heel ondiep. En dat is ook geen optie. We vinden uiteindelijk een mooi plekje in de noordwest hoek van de baai. Hogerwal, beschutting voor binnenkomende swell en heerlijk privé.

De Banda eilanden
Banda Neira ademt geschiedenis. We dwalen dagen door het dorp en over het eiland. Huizen van voormalig Perkenir families (de plantage eigenaren) zijn inmiddels omgebouwd tot hotels en restaurants. Op straat zie je de kanonnen af en toe letterlijk voor oud vuil liggen. Fort Belgica torent hoog uit boven het dorp.
Buiten het dorp liggen de glimmende nootmuskaat noten en knalrode foelie op de weg te drogen. Aan de bomen hangen dikke gele vruchten te wachten tot ze geoogst worden. Wanneer de noot uit de vrucht is gehaald wordt het fruit gedroogd en verwerkt tot lokale candy.
De eilanden van Banda zijn ontzettend groen. De plantages zijn gelukkig niet meer in handen van de perkeniers. Maar behoren nu toe aan de inwoners van de eilanden. Toch zie je op een aantal plekken nog steeds de contouren van de oude plantages. De nootmuskaatbomen worden overschaduwt door hoge woudreuzen. Geplant door de Portugezen en ze staan er nog steeds. Deze bomen zorgen ervoor dat de nootmuskaat niet in de volle zon staat.


Op zoek naar de verschillende bomen
Hier, neem er eens een klein hapje van? Zegt Jaap terwijl hij mij een blad van een boom aanreikt. “Bij het steeltje.” Ik zet mijn tanden voorzichtig in het steeltje van het blad. Het proeft naar kaneel. We hebben de kaneelboom gevonden! Tijdens onze wandelingen over het eiland proberen we de verschillende bomen te vinden. Is de nootmuskaat makkelijk te herkennen met zijn gele vruchten. Voor de andere specerijen is het iets minder makkelijk. Uiteindelijk vinden we ze alle drie.
Bij lokale boeren kopen we een kilo nootmuskaat en de nodige kruidnagels. We vinden zelfs nog wat kaneel. Verser en natuurlijker dan hier kun je het niet krijgen is ons motto. Plus dat het leuk is om rechtstreeks bij de boer te kopen. De jongens zitten gebogen over de zak met nootmuskaat en zoeken met precisie de noten voor ons uit. De taalbarrière is te groot om te vragen waar ze op letten en wat de kwaliteit bepaalt. Dus hopen we maar dat hun selectie erop gericht is dat de goede kwaliteit nootmuskaat naar ons gaat en de rest in de zak blijft.


Saparua
Femy, een vriend uit Ambon, adviseert ons om ook zeker het eiland Saparua te bezoeken. Saparua ligt op de route terug naar Ambon en is daarmee een prima tussenstop. Er komen hier wel wat toeristen, maar niet veel. Het is daarmee een prima eiland voor ons. Een groot voordeel is dat het eiland voornamelijk christelijk is. Sinds lange tijd worden we om half vijf in de morgen niet meer gewekt door de moskeeën die oproepen voor het gebed. En hoeveel respect ik ook heb voor ieder zijn godsdienst. Stilte in de nacht is wel heel erg fijn.
Heel veel huizen, maar ook boten zijn hier in het rood-wit-blauw geverfd. Of fel oranje. De verbinding met Nederland is groot. Veel mensen kennen wel iemand met familie in Nederland, of iemand die naar Nederland is verhuisd. Wanneer we vertellen dat we uit Nederland komen, moet er vooral even over het voetbal gepraat worden. Wie ons een beetje kent weet dat wij echt nul verstand hebben van het huidige Nederlandse voetbal. Maar het is jammer dat er geen internationaal voetbaltoernooi is op dit moment, want het schijnt een heel groot oranje feest te zijn. Volgende keer iets beter plannen.
We ankeren hier recht voor Fort Duurstede. Het fort dat in 1817 overvallen werd door Kapitan Pattimura. Waarbij iedereen in het fort wordt gedood, behalve een vijfjarig Nederlands jongetje. We bezoeken het huis van Pattimura, wat een klein museum is en ontmoeten de 11 generatie van de familie.

Verjaren op Saparua
Op Jaap zijn verjaardag doen we een brommer tour over het eiland. Het is zondag, maar het lukt ons toch een glimp op te vangen van het leven op het eiland. De kerken zitten afgeladen vol. Maar het lijkt ook een relaxte dag, waar families naar het strand gaan en er tijd is voor ontspanning. Ik heb er geen foto van gemaakt. Maar in open vrachtwagens staan mensen als haringen in een ton op weg naar het strand. Een gettoblaster en voetbal mee en genieten van de vrije dag.
Pok, pok, pok. Dikke druppen komen naar beneden. We bereiken nog net op tijd een bushokje, voordat het water naar beneden stort. De kerkgangers lopen op blote voeten nog snel naar huis. De sjieke schoenen in de hand en een paraplu om de meeste regen op te vangen. Zitten we eerste nog alleen in het bushokje. Het duurt niet lang voordat de kinderen uit de buurt ons in de gaten hebben. Eerst komt er een. En dan nog een. Niet veel later zit het hokje vol met drijfnatte kleine kinderen, die ons met grote ogen aankijken en vooral met ons op de foto willen. Jaap heeft sattelietkaarten op zijn telefoon en laat ze het dorp zien waar we zijn. Hierna gaan de jongens op zoek naar hun eigen huis. Een leuke bezigheid in de regen. En al snel kunnen ze aanwijzen waar ze wonen. Na een uurtje stopt de regen en kunnen we weer op pad. Onverwachts een leuke regenbui.


Lunchen bij Luci
Als het even kan gaan we lunchen bij Luci. Een super vriendelijke dame, die ook nog eens een beetje Engels spreekt. Zij is degene die ons meeneemt naar het huis van Pattimura. Maar wat ik vooral heel erg leuk vindt is dat ze steeds opener wordt en meer verteld. Haar vader was rechter in Dili (Oost Timor) toen de strijd om de onafhankelijkheid op zijn hoogtepunt was. Ze zijn destijds opgepikt door een Australisch marineschip en naar Ambon gebracht. Waar op dat moment een opstand bezig was tussen de moslims en de christenen. “Eigenlijk gingen we van oorlogsgebied naar oorlogsgebied” zegt ze. Gelukkig zijn we niet lang daarna naar Saparua verhuist. Al waren de onrusten natuurlijk op de hele Molukken. Wanneer ze erachter komt dat het Jaap zijn verjaardag is tovert ze een hele maaltijd op tafel. Omdat we vrienden zijn, Happy Birthday!
Verliefd op de Molukken – of overweldigd door
Overweldigend van alle geschiedenis en indrukken die we hebben opgedaan vertrekken we weer richting Ambon. Ik ben ontzettend blij dat we de tijd hebben genomen om de Molukken zo uitgebreid te verkennen. Maar ons visum loopt op zijn einde. Het is tijd om uit te klaren en te vertrekken naar Oost Timor. Een van de jongste landen ter wereld. Door de verhalen van Luci ben ik heel nieuwsgierig geworden naar dit kleine land aan de rand van Indonesië.

Prachtige verhalen weer Minke.
Weer een mooi verhaal Minke. Een Molukse vriend van ons, Pieter Saptenno komt van Saparua. Hij was daar in november. Wij wensen jullie veel succes met het uitzoeken van de terugreisroute. 🙋🏼♀️🙋🏼♂️Bertus en Cisca
Weer prachtig beetje meereizen. Indrukwekkend de geschiedenis en hoe mensen voor zover ik dat kan lezen ook weer met een blijheid leven. Klopt dat?
Ha Mineke,
Ik heb dat idee zeker. Het leven hier is zo anders dan in Nederland, dat het tegelijkertijd ook lastig is om te zien hoe het werkelijk is.
Prachtig Minke wat neem je ons weer mee!
Lastige keuze jullie route richting Europa, je krijgt vast adviezen van ervaren zeilers?
Dank voor je verhalen❣️
Hallo Minke en Jaap
Alweer een prachtig verslag
Ik lees het elke keer met veel plezier
Groeten van mij en ook van Wieneke